Studie toont verband tussen grote stadsbomen en gezondheid

Eén grote boom met een stevige kruin heeft meer effect op iemands gezondheid dan tien kleine jonge bomen. Dat blijkt uit een grootschalige studie van de KU Leuven. De studie heeft verbanden kunnen leggen tussen de aanwezigheid van verschillende types bomen en het gebruik van geneesmiddelen voor hart- en vaatziekten en mentale aandoeningen.

Wetenschappelijk onderzoek heeft eerder al verbanden aangetoond tussen de aanwezigheid van groen en natuur en positieve effecten op ademhaling, hart- en bloedvaten, slaap enzovoort. Voor het eerst is nu een gedetailleerde studie uitgevoerd die verschillende groene planten onderscheidt: het gaat van gras en struiken tot oude en jonge bomen. Eerder onderzoek bestudeerde het groen bijvoorbeeld via Google Streetview of satellietbeelden, maar dat leverde niet altijd voldoende gedetailleerde informatie op. Daarom hebben de KU Leuven-wetenschappers gebruikgemaakt van de LiDAR-techniek, die de vorm van de planten via laserpulsen erg gedetailleerd in kaart brengt. Die techniek, in combinatie met een uniek algoritme voor de verwerking van de data, laat toe een heel gedetailleerd 3D-beeld te krijgen van het bomenbestand in een stedelijke omgeving. Het team identificeerde zo 616.379 bomen in het volledige Brussels Gewest. Er werd niet alleen gekeken naar de grootte van de kruinen, maar ook naar het aantal boomstammen op een bepaalde oppervlakte. 


Die gegevens werden daarna gekoppeld aan data over de verkoopcijfers van geneesmiddelen in het Brussels Gewest. Het ging om informatie van de mutualiteiten over geneesmiddelen voor hart- en vaatziekten en mentale aandoeningen. In het onderzoek werd ook rekening gehouden met andere socio-economische factoren die een invloed hebben op iemands gezondheid. Zo zijn welstellende buurten bijvoorbeeld vaker groen, en bepaalt sociaaleconomische status sterk de cardiovasculaire gezondheid.

Uit de resultaten bleek dat er minder geneesmiddelen gebruikt werden in gebieden waar bomen met een grote kruin, dus oudere en meer ontwikkelde bomen, aanwezig waren. De sterkte van dit verband verminderde echter als er te veel bomen dicht bij elkaar staan. Het bewaren van een grote, ontwikkelde, oude boom heeft dus meer voordelen dan tien nieuwe jonge bomen aanplanten, suggereert het onderzoek. Er mogen zeker nieuwe bomen aangeplant worden, maar laat oude bomen zo veel als mogelijk staan: zij zijn niet te compenseren.

“Dat is een belangrijk inzicht voor stadsplanners en projectontwikkelaars in een stedelijke omgeving”, zegt professor Raf Aerts (KU Leuven, Sciensano). “Nu wordt er nogal snel voor gekozen een oude boom die in de weg staat te kappen. Vaak gebruikt men als argument dat het groen achteraf gecompenseerd wordt met nieuw groen. Maar de positieve effecten van zo’n ontwikkelde boom, ook op de mens, zijn duidelijk groter dan gedacht. Dat is iets om rekening mee te houden bij projecten in stedelijke omgevingen.”

De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in het gezaghebbend tijdschrift Environmental Health Perspectives.