Groene plekken zijn nodig voor gezond stedelijk leven

Groene plekken in de stad waar je kunt ontspannen, bewegen, spelen en ontmoeten zijn belangrijk voor gezond stedelijk leven. Maar de ruimte voor deze groene plekken staat steeds meer onder druk. Dat zegt Hanneke Kruize, verbonden aan Nederlandse Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM en lector Gezonde Stedelijke Ontwikkeling aan Hogeschool Utrecht. Zij hield op 16 december 2022 hierover haar openbare les.

“Groen draagt bij aan een betere fysieke en mentale gezondheid, blijkt uit een kennisbundeling van het RIVM. Juist ook voor mensen die meer tijd dichtbij huis doorbrengen, zoals kinderen, ouderen en mensen met een lagere sociaal-economische positie”, zegt Hanneke Kruize. “Uitzicht op groen en verblijf in het groen draagt bij aan stressvermindering, ontspanning en je beter kunnen concentreren. Dat is hard nodig gezien het grote aantal Nederlanders met burn-out, psychische en stressklachten. Groen kan ook bijdragen aan meer bewegen en zodoende het tegengaan van overgewicht, aan meer sociale contacten in de buurt, verkoeling op warme dagen, grotere biodiversiteit en een aantrekkelijk woon- en vestigingsklimaat.”


“Groene ruimte in de stad zal zeker niet toenemen in de komende jaren”, verwacht Kruize. “Openbaar groen – zoals bomen, parken, natuurspeelplaatsen, openbaar toegankelijke sportvelden en tuinen – staat onder druk, de verstening rukt op. We bouwen in een heel rap tempo compacte woonomgevingen voor de komende decennia. Als we op die plekken nu geen ruimte inbouwen voor gezond stedelijk leven, is dat voor de komende decennia en voor komende generaties ook niet meer mogelijk. Zien we wel voldoende de urgentie hiervan in?”

“Ik vraag me af hoe leefbaar het straks is om in die compacte woonomgevingen te wonen, met zoveel mensen op een klein oppervlak”, vervolgt Kruize. “Waar gaan deze mensen heen als ze even een rondje willen hardlopen of een ommetje willen maken? Waar kunnen de kinderen straks buitenspelen? Wat als je tijdens of na een drukke werkdag even een moment voor jezelf wilt hebben, zijn er dan plekken in de buurt waar je tot rust kunt komen? Ik maak me daar echt zorgen over.”

Bewoners en gebruikers centraal

“Het is belangrijk om bij het ontwerp en bij de inrichting van het gebied goed aan te sluiten bij de wensen van bewoners en gebruikers”, vindt Hanneke Kruize. “Als je dit niet doet, is de kans reëel dat de bewoners de plekken die voor hen zijn ontworpen, niet gaan gebruiken en ze misschien zelfs negatief beleven. Vooral kwetsbare groepen – zoals ouderen, kinderen en mensen met een lagere sociaal-economische positie – zijn vaak minder betrokken bij het ontwerp en de inrichting van hun leefomgeving. Daardoor worden hun wensen vaak onvoldoende meegenomen. Een extra uitdaging is hoe je omgaat met de vaak tegenstrijdige wensen van diverse doelgroepen: rust versus reuring, kinderspeelplekken versus hondenuitlaatplekken, natuur versus trapveldjes, enzovoort.”

Samen leren en experimenteren in living labs

“Living labs vormen in een belangrijk fundament voor ons onderzoek. Dit zijn plekken waarin onderzoekers en studenten samen met praktijkprofessionals en bewoners leren en experimenteren. De praktijkvraag van gemeente, provincie of private partijen staat centraal. Via ontwerpend onderzoek ontwikkelen onderzoekers en studenten principes en handvatten voor het creëren van groene plekken die aansluiten op wensen van alle gebruikers, en direct bruikbaar zijn in de praktijk. Onderzoekers en studenten monitoren hoe de plek na realisatie wordt gebruikt en beleefd door de bewoners en andere gebruikers. Ook analyseren ze wat er van de oorspronkelijke ambitie voor gezonde gebiedsontwikkeling gerealiseerd is. Een voorbeeld van een living lab is het voormalige bedrijventerrein Cartesius, waar de gemeente Utrecht en gebiedsontwikkelaars een wijk ontwikkelen die moet gaan bijdragen aan langer gezond en gelukkig leven van de bewoners.”

De longread van haar openbare les heet ‘De grote woonopgave combineren met gezond stedelijk leven: het kan!

Bekijk hier de openbare les.