Geef gras de ruimte in het openbaar groen

Het nut van gazons en grasvelden in de openbare ruimte wordt onderschat, meent Jan Krijnen van Limagrain. Gedreven door bezuinigingen zien beleidsmakers ze nogal eens als een sluitpost, waardoor grasobjecten niet de aandacht krijgen die ze verdienen. Maar weegt de besparing op onderhoud, maaien en bemesten wel op tegen het profijt dat we van gazons in onze leefomgeving hebben? Moeten we gras in de openbare ruimte juist niet opwaarderen?

 


Er zijn maar weinig inrichtingselementen die zo gezichtsbepalend voor de groene ruimte zijn als gras. Gazons vergroten onze leefomgeving. Ze hebben een grote aantrekkingskracht op mensen (en dieren), nodigen uit tot recreëren en sporten, bieden een verkoelende plek in hete zomers en zorgen dat we geen natte voeten krijgen bij slagregens.
Maar in plaats van het koesteren van onze grasoppervlaktes, lijken we liever te willen investeren in innovatieve speelplaatsen, urban sport playgrounds, outdoor-fitnesstoestellen en trendy straatmeubilair. Zonder er erg in te hebben, gaan we voorbij aan de laagdrempeligheid van stadsgazons en speelweiden waartoe een ieder toegang heeft, van jong tot oud.

CO₂-neutraal

Het tij moet dus keren. Niets is zo makkelijk betreedbaar, duurzaam en goed voor ons aller welbevinden als gras. Door het grote en vernieuwde aanbod aan graszaadsamenstellingen en innovatieve zaadcoatings mogen groeiomstandigheden en/of beheer dan ook zeker geen beperkende factoren zijn. Er zijn mengsels die goed aansluiten bij de droge voorjaren en warme zomers, die uitstekend extensief te onderhouden zijn met een binnen de perken blijvend aantal maaibeurten en/of in dienst staan van de biodiversiteit. En er zijn echte zodevormers die goed dichtgroeien zodat de hoeveelheid onkruid tot een minimum wordt beperkt.

Kijkend naar de huidige ontwikkelingen in elektrisch maaien en de beschikbaarheid van uitgekiende meststoffen kunnen we in ieder geval stellen dat een gazon bijna CO₂-neutraal kan zijn gedurende zijn levensduur. De boodschap voor ontwerpers, inrichters en architecten is dan ook om gazons en grasvelden vooral de ruimte te geven – zie het als een duurzame investering in de leefbaarheid van onze steden en dorpen en ons welzijn.

Gras past bij elke beheersvorm

Als het om gras gaat, zijn er vier toepassingsgebieden met bijpassende mengselkeuze en onderhoudsregime:

1. Strak siergazon
Beheerskosten: hoog (> 30 x per jaar maaien)
Mengselkeuze: mengsel van Engels raaigras, veldbeemd- en roodzwenkgras, primair geselecteerd op zomer- en winterkleur, stikstofefficiëntie en droogtetolerantie.

2. Gazon met recreatieve functie
Beheerskosten: gemiddeld (22-30 x per jaar maaien)
Mengselkeuze: mengsel met een redelijk aandeel Engels raaigras omwille van het herstellingsvermogen; kies voor bermen of groenstroken een mengsel met extensieve soorten als veldbeemd en roodzwenk.

3. Gazon met grote grassendiversiteit
Beheerskosten: laag (2 tot 6 x per jaar maaien)
Mengselkeuze: extensief bermmengsel, eventueel met toevoeging van een natuurmengsel van inheemse grassen.
Een in ontwikkeling zijnde toepassing, ook wel aangeduid als ‘ruw gras’; stukken van de graszone kunnen in bloei komen en zelfs in de winter blijven staan. Trekt insecten, vogels en kleine zoogdieren aan.

4. Gazon in combinatie met kruidenvegetatie
Beheerskosten: laag (max. 3 x per jaar maaien)
Mengselkeuze: extensief gazonmengsel in combinatie met veldbloemen.
Staat sterk in de belangstelling door bijdrage aan de biodiversiteit en het stimuleren van insecten- en vogelpopulaties

Bron: stad-en-groen.nl